Het subsidielandschap onder Kabinet Schoof

In de recente Miljoenennota en Rijksbegroting voor 2025, aangekondigd op Prinsjesdag, heeft Kabinet Schoof aanzienlijke veranderingen binnen het subsidielandschap geïntroduceerd. Deze aanpassingen weerspiegelen een duidelijke shift in de beleidsfocus: versterking van middelen voor het MKB en grote bedrijven en specifiek de agrarische sector, ten koste van innovatie op de lange termijn.

Versterking van korte termijninitiatieven

Het is evident dat Kabinet Schoof ervoor heeft gekozen om de directe ondersteuning en investeringen voor de korte termijn aanzienlijk te verhogen. Dit is duidelijk zichtbaar in de budgetverhogingen voor programma’s zoals de WBSO en EIA. Specifiek is het budget voor de WBSO gestegen met € 136 miljoen naar een totaal van € 1.582 miljoen. Dit biedt bedrijven meer ruimte om te investeren in innovatie zonder dat de parameters voor 2025 veranderen.

Opvallender is de verhoging van de Energie-investeringsaftrek (EIA), die stijgt van € 259 miljoen in 2024 naar € 431 miljoen in 2025, een procentuele toename die veel groter is dan die van de WBSO. Het EIA-budget voor 2026 is zelfs vastgesteld op € 460 miljoen. Deze substantiële verhoging toont de sterke inzet om duurzame investeringen te stimuleren en biedt bedrijven een aanzienlijk netto voordeel (ongeveer 10%) bij investeringen in energiebesparende technologieën zoals zonnepanelen en warmtepompen.

Daarnaast krijgt Invest-NL tot en met 2029 € 900 miljoen extra om haar slagkracht te vergroten. Hiervan wordt € 600 miljoen gebruikt om startups te helpen doorgroeien naar scale-ups. Daarnaast wordt € 250 miljoen ingezet voor het uitbreiden van blended finance, waarmee knelpunten in bedrijfsfinanciering worden aangepakt. Dit helpt innovatieve mkb-bedrijven om verder te groeien. Ook wordt € 50 miljoen toegevoegd aan de Beschermingsvoorziening Economische Veiligheid (BEV), om investeringen die de nationale veiligheid kunnen bedreigen te kunnen beschermen. Met deze middelen vergroot Invest-NL haar maatschappelijke impact en draagt zij bij aan economische groei en veiligheid.

Subsidies op gelijke voet en korte termijn stimulansen

Ondanks de aanpassingen, blijven sommige subsidies zoals de Stimulering Duurzame Energieproductie en Klimaattransitie (SDE++) en de Demonstratie Energie-Innovatie (DEI+) op gelijke voet voortgezet. Dit betekent een stabiele voortzetting van subsidies voor duurzame energieprojecten, met de toevoeging van nieuwe categorieën binnen de SDE++ om de verduurzaming van de industrie verder te stimuleren. Voor de DEI+ blijft een maximaal subsidiebedrag van € 30 miljoen per project beschikbaar, terwijl specifieke openstellingen vanuit het Klimaatfonds technologieën zoals geothermie blijven ondersteunen.

Investeringen in elektrisch vervoer en laadinfrastructuur

Een groot deel van de mobiliteitsinvesteringen voor de komende jaren zal worden besteed aan het verbeteren van de laadinfrastructuur voor elektrisch vervoer, ondersteund door regelingen zoals AanZET, SPRILA en SPULA. Deze initiatieven zullen helpen om de noodzakelijke infrastructuur uit te breiden en de transitie naar elektrisch transport te versnellen. Van 2025 tot 2028 is ongeveer de helft van het totale mobiliteitsbudget uit het Klimaatfonds hiervoor bestemd.

Uitfasering van lange termijn subsidies: Het Nationaal Groeifonds

Het Nationaal Groeifonds (NGF) is ontworpen om te investeren in grote projecten die de economische groei op lange termijn moeten bevorderen, zoals technologieontwikkeling en infrastructuur. Het fonds zou € 20 miljard investeren over een periode van vijf jaar, met als doel economische groei te stimuleren door middel van innovatieve technologie en kennisontwikkeling.

Een significant gevolg van de korte termijnfocus van Kabinet Schoof is de uitfasering van het NGF. In het Hoofdlijnenakkoord is besloten dat na de afronding van de eerste drie rondes, de resterende middelen voor de vierde en vijfde rondes komen te vervallen. Dit leidt tot een bezuiniging van € 6,8 miljard, waarvan € 5,5 miljard in de meerjarenperiode tot en met 2029. Deze beslissing laat een groot gat achter in de middelen die oorspronkelijk bedoeld waren voor strategische, lange termijn economische groei. Innovatieve en toekomstgerichte projecten zullen hierdoor mogelijk minder ondersteuning krijgen.

Conclusie

De beleidsveranderingen onder Kabinet Schoof markeren een verschuiving. Terwijl er meer middelen en mogelijkheden beschikbaar komen voor bedrijven om te profiteren van korte termijninvesteringen en stimulansen, worden langetermijnstrategieën en -subsidies aanzienlijk teruggeschroefd. Bedrijven moeten strategisch plannen en zich aanpassen aan dit nieuwe landschap om optimaal gebruik te maken van de huidige subsidiemogelijkheden.

Meer weten over hoe deze veranderingen jouw bedrijf kunnen beïnvloeden of geïnteresseerd in het optimaal benutten van huidige subsidiemogelijkheden? Neem contact op met ons voor een vrijblijvend adviesgesprek.